Het aantal zzp’ers is de laatste jaren explosief gegroeid. Ook omdat deze onder voorwaarden gebruik kunnen maken van een aantal fiscale faciliteiten. De overheid wil de meeste faciliteiten wel beperken tot de groep ‘echte’ ondernemers, ofwel de ondernemers die hoofdzakelijk in hun bedrijf werkzaam zijn. Om dit te bereiken geldt voor de meeste faciliteiten het zogenaamde ’urencriterium’. Wie hieraan niet voldoet, heeft dus geen recht op deze faciliteiten, zoals de zelfstandigenaftrek.
Urencriterium
Het urencriterium wil zeggen dat u als ondernemer minstens 1.225 uur per jaar in uw onderneming actief moet zijn. Ook moet u minstens de helft van uw werkzame uren in uw bedrijf actief zijn. Een parttimebaan naast uw bedrijf kan dus nog net, mits u hier niet al te veel uren aan besteedt. Overigens geldt de laatste eis dat u minstens de helft van uw arbeidstijd in uw bedrijf actief moet zijn, niet voor starters. Onder een starter verstaan we iemand die een of meer van de vijf voorafgaande kalenderjaren geen ondernemer was.
Welke (aftrek)faciliteiten?
De belangrijkste faciliteit waarvoor het urencriterium geldt, is de zelfstandigennaftrek. Deze bedraagt dit jaar € 6.670, maar wordt de komende jaren in stapjes afgebouwd tot € 3.240 in 2036. Starters krijgen hierbovenop maximaal drie jaar lang een extra aftrek van € 2.123. Verder geldt het urencriterium ook voor de oudedagsreserve (max. € 9.395), de aftrek voor speur- en ontwikkelingswerk (€ 13.188, voor starters € 19.786) en voor de meewerkaftrek (max. 4% van de winst). Let op. Al met al kan het niet voldoen aan het urencriterium u dus zomaar tienduizenden euro’s aan aftrekposten schelen.
Bewijslast
De bewijslast dat u aan het urencriterium voldoet, ligt bij u. U zult desgewenst aannemelijk moeten kunnen maken dat u in het jaar minstens de helft van uw arbeidstijd aan uw bedrijf heeft besteed en dat dit ook minstens 1.225 uur geweest is. Daarbij zien we dat de fiscus zich erop richt om oneigenlijk gebruik van de faciliteiten te voorkomen. Let op. Het is dan ook van belang dat u rekening houdt met uw bewijslast en vastlegt hoeveel uren u in uw bedrijf besteedt en met welke activiteiten. Een solide onderbouwing is met name in twijfelgevallen erg belangrijk.
Twijfelgevallen?
Het schrappen van de faciliteiten komt vooral voor bij twijfelgevallen. Dit betreft met name de gevallen waarin er sprake is van een lage omzet en/of winst en veel indirecte uren. Een voorbeeld hiervan zagen we onlangs nog voor Hof Den Haag. Een belastingplichtige werkte bij enkele werkgevers in totaal 2.239 uren in loondienst. Daarnaast werkte hij naar eigen zeggen 1.229 uren in zijn eigen bedrijf als specialistisch zakelijk dienstverlener in de vorm van brandpreventie en repressieve ondersteuning. De man had in zijn aangifte de zelfstandigen- en startersaftrek geclaimd, maar de inspecteur ging hiermee niet zomaar akkoord en vroeg een nadere onderbouwing. Deze stelde hem niet tevreden en dus werden de faciliteiten geschrapt. Hof Den Haag moest oordelen of dit terecht was (ECLI:NL:GHDHA:2021:733).
Wat vond de rechter?
De rechter vond dat uw collega onvoldoende hard kon maken dat hij daadwerkelijk genoeg uren in zijn bedrijf werkzaam was geweest. Dit verbaast ons niet. Samen met de uren in loondienst had de man naar eigen zeggen 3.464 uren gewerkt, ofwel gemiddeld 9,5 uur per dag, zonder rekening te houden met de weekends of ook maar één vrije dag. Met zijn activiteiten had uw collega een nettowinst behaald van € 4.311, ofwel € 3,50 bruto per uur. Dat terwijl hij in loondienst een uurloon van € 19,68 bruto ontving, meer dan het vijfvoudige! De onderbouwing van de gewerkte uren liet bovendien zeer te wensen over. Zo had uw collega opleidingsuren opgevoerd, maar hiervan waren geen facturen of roosters beschikbaar. Ook was het niet duidelijk of deze opleiding betrekking had op zijn inkomsten uit loondienst of de winst. Verklaringen van bijv. collega’s omtrent de opleiding ontbraken ook. Reden om de inspecteur in het gelijk te stellen.
Wat kunt u hiermee?
Weet dat u in twijfelgevallen desgevraagd aan moet tonen dat u aan het urencriterium voldoet, dus vooral als u weinig omzet of winst realiseert en veel indirecte uren heeft. Indirecte uren, zoals reisuren naar uw klant, woon-werkverkeer, studie-uren, administratieve werkzaamheden of het onderhouden van uw website, tellen wel degelijk mee voor het urencriterium, maar te veel van dit soort moeilijk te bewijzen uren zorgen voor twijfel. Tip. Houd daarom bij voorkeur het liefst dagelijks uw werkzaamheden bij en specificeer deze.
Veelgemaakte fouten
Een bekende fout is dat urenstaten bijv. dagelijks of wekelijks een vast aantal uren bevatten voor de administratie, schoonmaken of het bijhouden van vakliteratuur. Iedere ondernemer en inspecteur weet dat dit niet reëel is en dat u aan dit soort activiteiten in de regel meer tijd besteedt in perioden dat het minder druk is. Ook het achteraf invullen van een urenstaat is niet aan te bevelen, want u weet na een week echt niet meer waar u de vorige week exact mee bezig was en hoeveel tijd u hieraan toen spendeerde. Specificeer zo duidelijk mogelijk en rond ook niet af op hele uren. U moet de inspecteur immers overtuigen!
Corona?
Door de coronacrisis kunt u in 2021 misschien niet voldoen aan het urencriterium. Om dit risico te beperken mag u er voor de periode van 1 januari 2021 tot en met 30 juni 2021 van uitgaan dat u in deze periode ten minste 24 uur per week aan uw onderneming heeft besteed.
Met name bij een geringe omzet of winst is het van belang uw activiteiten gespecificeerd bij te houden, zodat u bij vragen van de fiscus eenvoudig aan kunt tonen dat u aan het urencriterium voldoet. Doe dit bij voorkeur dagelijks. Download de rekentool.
Bron: tipsenadvies.nl