- u moet zelf (ook) een opeisbare vordering hebben op uw wederpartij;
- beide verplichtingen moeten tegenover elkaar staan, u en uw wederpartij moeten over en weer iets van elkaar te vorderen hebben;
- er moet voldoende samenhang bestaan tussen beide verbintenissen.
Hoe werkt dat in de praktijk?
Uit je dak gaan …
Otto laat door Dirk zijn dakbedekking vernieuwen. Dirk gaat in september aan de slag en Otto betaalt in september € 25.210,08 en in april € 10.504,20 aan Dirk. Hij dringt er bij Dirk op aan de werkzaamheden snel af te ronden. Dirk gooit echter één dag voor de laatste betaling het bijltje erbij neer. Als Dirk in juni nóg een factuur stuurt, is voor Otto de maat vol.
Prutswerk, en nog te laat ook …
Opschorten.
Hij neemt een advocaat in de arm en deze schrijft namens Otto dat de werkzaamheden te lang hebben geduurd en bovendien slecht zijn uitgevoerd. De advocaat voert aan dat de laatste factuur prematuur is en dat Otto niet zal betalen zolang niet alle werkzaamheden naar behoren zijn uitgevoerd. Otto heeft daarop de betaling van de factuur opgeschort totdat Dirk alle tekortkomingen heeft hersteld. Hierop biedt Dirk aan om een deel van de werkzaamheden alsnog uit te voeren, mits een deel van de openstaande factuur wordt betaald.
Wel of niet nu al opschorten?
Opschorting terecht?
In de procedure die volgt, gaat het om de vraag of Otto zich op zijn opschortingsrecht kan beroepen. Volgens het hof is het onredelijk dat Otto niet ingaat op het aanbod van Dirk om herstelwerkzaamheden te verrichten. Bovendien had Otto nog geen recht van spreken, omdat er nog niet was opgeleverd.
Terechte klachten?
De Hoge Raad, 17.01.2014 (HR:2014:95) , denkt hier anders over. Het hof had moeten onderzoeken of de klachten van Otto over het werk terecht waren en of deze voldoende waren om de opschorting te rechtvaardigen. Het deed er volgens de Hoge Raad niet toe dat het werk nog niet was opgeleverd en dat de tekortkomingen nog hersteld konden worden. Het opschortingsrecht is er immers om druk uit te oefenen.
Door het voorstel van Dirk te accepteren, zou Otto zijn opschortingsrecht hebben moeten prijsgeven, voordat Dirk tot herstel was overgegaan. Dit verdraagt zich niet met een beroep op opschorting. Een beroep op een opschortingsrecht wegens de ondeugdelijkheid van reeds verrichte werkzaamheden is mogelijk. Ook als het werk nog niet is opgeleverd en de tekortkomingen nog kunnen worden hersteld. Het opschortingsrecht is namelijk vooral bedoeld als een pressiemiddel om nakoming door de wederpartij alsnog af te dwingen. Ook is het opschortingsrecht bedoeld als zekerheid voor degene die er een beroep op doet voor het geval de wederpartij niet nakomt.
Volgens de laatste rechtspraak mag u bij slecht uitgevoerde werkzaamheden de betaling al opschorten voordat het werk is opgeleverd. Juist dan komt het opschortingsrecht als pressiemiddel volledig tot zijn recht. Komt u er via normaal overleg niet uit, dan mag u (dreigen met) de betaling uitstellen.
Bron: Tipsenadvies