Ex-minister Opstelten kon ‘het bonnetje van € 4,7 miljoen’ niet meer achterhalen. Wat als u een bonnetje niet kunt vinden? En ook uw oude pc dienst weigert?
Standaard zeven jaar.
U heeft standaard te maken met een bewaartermijn van zeven jaar. Dit betekent dat, uitzonderingen daargelaten, de administratie van 2007 en eerder de versnipperaar in kan. De volgende zaken moet u zeker minstens zeven jaar bewaren: grootboek, debiteuren- en crediteurenadministratie, voorraadadministratie, in- en verkoopadministratie, loonadministratie.
Langer bewaren voor de btw!
Voor de btw moet u de administratie soms langer bewaren. Dit betreft onroerende zaken, zoals uw bedrijfspand, omdat hiervoor een herzieningstermijn geldt van 10 jaar. Gebruikt u uw pand bijvoorbeeld voor 50% vrijgesteld, dan mag u ook maar 50% van de betaalde btw aftrekken. Het gebruik wordt voor de btw 10 jaar gevolgd. Wijzigt het vrijgestelde gebruik, dan wijzigt ook uw aftrek, dus vandaar de langere bewaartermijn.
Ook elektronisch bewaren.
Tot uw administratie behoort ook digitale informatie. Tapes, dvd’s, usb-sticks, enz. moet u dus ook minimaal zeven jaar bewaren. Bovendien moet u ervoor zorgen dat de informatie op deze gegevensdragers toegankelijk blijft. Dit zal soms betekenen dat u oude apparatuur, zoals een pc met floppydrive, en oude software, zoals Windows XP, ter beschikking moet houden. Vindt u dit lastig, dan kunt u oude gegevens omzetten naar een moderner medium. U moet dan wel alle gegevens juist omzetten. Ook moet het reproduceren en controleren van de gegevens binnen redelijke termijn mogelijk zijn. De fiscus adviseert om hierover vóóraf afspraken met hem te maken.
Niet voldoen aan bewaarplicht?
U bent verplicht op verzoek van de inspecteur de gegevens uit uw administratie aan te leveren die hij van belang acht voor uw belastingplicht. Heeft u die niet meer, zoals inkoopfacturen, dan kan hij hier schriftelijk om verzoeken. Als u niet aan zijn verzoek kunt voldoen, kan hij de administratie verwerpen. De inspecteur kan dan een aanslag opleggen op basis van een redelijke schatting. Dat deze niet aan de lage kant zal zijn, spreekt voor zich.
Bewaar uw administratie minstens zeven jaar én zorg dat deze toegankelijk blijft. Anders loopt u het risico dat de fiscus uw winstcijfers (te hoog) gaat schatten.
Bron: Tips en Advies
Uw huis heeft een prima garage waar u zo een kantoor in kunt beginnen en uw klanten kunt ontvangen. Moet u dan vergunningen aanvragen bij de gemeente? Maakt het uit wat voor werk u doet?
Bedrijfsmatige activiteiten aan huis
Als startend ondernemer.
Bij de start van een bedrijf komt veel kijken. Denk alleen maar eens aan visitekaartjes maken, een website bouwen, de juiste rechtsvorm kiezen en uw bedrijf inschrijven bij de Kamer van Koophandel. En als u een bedrijf aan huis begint, moet u ook nog eens rekening houden met de regels van de gemeente voor bedrijfsmatige activiteiten aan huis. Is dat voor alle beroepen hetzelfde?
Als u vrije beroeper bent
Dan mag het altijd.
Het maakt inderdaad uit wat voor soort werk u doet. Als u een vrij beroep uitoefent, zoals dat van advocaat, fysiotherapeut of architect, mag u altijd een bedrijf aan huis beginnen. Tip. Controleer of uw beroep een vrij beroep is.
En als u ‘gewoon’ werkt?
Check bestemmingsplan.
Wat nu als u geen vrij beroep uitoefent, maar u ‘gewoon’ aan het werk gaat? Check dan of uw geplande bedrijf aan huis binnen het bestemmingsplan past. Als uw werkzaamheden binnen het bestemmingsplan passen, kunt u, eventueel na een melding bij de gemeente, uw bedrijf aan huis beginnen. Tip. Vraag aan de gemeente of uw plannen binnen het bestemmingsplan passen en of u meldingsplichtig bent.
Werkzaamheden niet binnen plan.
Wanneer uw geplande werkzaamheden niet binnen het bestemmingsplan passen, kunt u een omgevingsvergunning aanvragen. De voorwaarden waaraan u dan moet voldoen, kunnen per gemeente verschillen. Tip. Check bij uw gemeente om welke voorwaarden het precies gaat. In de meeste gevallen gaat het om de volgende voorwaarden:
- De bedrijfsoppervlakte neemt maximaal 30% van het totale oppervlakte in beslag, met een maximum van 50 m2.
- De hoofdbestemming van de woning blijft wonen;
- De personen die in het bedrijf werken, zijn ook bewoners van de woning;
- De verkeersdruk mag niet te veel stijgen;
- Het bedrijf veroorzaakt geen parkeeroverlast;
- Het gaat niet om detailhandel of horeca;
- Het gaat niet om een bedrijf dat een milieuvergunning nodig heeft.
Parkeren.
Het ontvangen van klanten in de garage kan dus problemen opleveren in verband met parkeren en verkeersdruk. De gemeente zal dan nagaan of uw klanten voornamelijk overdag zullen komen of in de avond en hoeveel klanten u per dag verwacht. Als uw klanten voornamelijk overdag komen, kan dit de leefbaarheid van de buurt juist ten goede komen.
Wat komt er nog meer bij kijken?
Andere gevolgen.
Met alleen de vereisten van de gemeente bent u er nog niet. Een bedrijf aan huis kan ook fiscale consequenties hebben. Tip. Zoek uit of er belastingvoordelen of -nadelen zijn voor bedrijven aan huis. Ook moet u er rekening mee houden dat u voor uw bedrijfsmiddelen een aparte verzekering afsluit. De inboedelverzekeraar keert namelijk niet zonder meer uit wanneer uw nieuwe bureau beschadigd raakt.
Behoort uw werk tot de vrije beroepen? Dan mag u altijd een bedrijf aan huis beginnen. Is er sprake van een andere bedrijfsmatige activiteit? Bekijk dan het bestemmingsplan. Past uw bedrijfsactiviteit niet in het bestemmingsplan? Dan heeft u een omgevingsvergunning nodig.
Bron: Tipsenadvies
Of u het nou leuk vindt of niet, de inspecteur heeft de bevoegdheid bij u een waarneming ter plaatse te komen doen. Maar dat betekent niet dat u zomaar alles moet goedvinden. In dit artikel gaan wij in op enkele aandachtspunten.
WTP en zichtwaarneming
Vol in bedrijf.
Het doel van een waarneming ter plaatse (WTP) is dat de Belastingdienst zich een beeld van een onderneming kan vormen terwijl deze vol in bedrijf is.
Zichtwaarneming.
Inmiddels is er ook een bijzondere vorm van de WTP opgedoken, namelijk de zichtwaarneming. Uit de rechtspraak zijn gevallen bekend van zichtwaarnemingen bij (Chinese) restaurants, tuincentra en sekshuizen.
Het doel van een zichtwaarneming is specifiek om een beeld te krijgen van de juistheid en de volledigheid van de omzetverantwoording en van de administratie. Dit gebeurt o.a. door in eerste instantie anonieme ‘proefaankopen’, die later in de boekhouding worden teruggezocht. Hieraan worden vervolgens conclusies verbonden voor de verdere omzetverantwoording en de administratie.
Vooraf aangekondigd
Schriftelijk.
Een WTP wordt vooraf schriftelijk aangekondigd, waarbij overigens de exacte datum en tijd niet worden genoemd. In uitzonderingsgevallen wordt de waarneming ter plaatse ook wel direct voorafgaand aan de WTP aangekondigd. Let op.U mag volgens de Hoge Raad een WTP niet weigeren omdat uw adviseur er niet bij is.
Alweer een WTP?
Binnen een redelijke termijn kan na de aankondiging en de eerste WTP opnieuw een WTP worden uitgevoerd. Een termijn van een jaar wordt daarbij als redelijk gezien. Het wordt daarentegen als onbehoorlijk gezien om meteen na de aankondiging een WTP uit te voeren, dan lange tijd niets te doen en na een maand of tien weer intensief WTP’s uit te gaan voeren.
Volgens de Nationale Ombudsman voldoet een algemene brief van twee jaar geleden niet als aankondiging voor een WTP.
Tijdens de WTP
Legitimatieplicht.
De medewerkers van de Belastingdienst moeten zich bij de eigenaar of bedrijfsleider legitimeren bij het uitvoeren van een WTP.
Discretie gewenst.
Zij mogen de bedrijfsvoering niet onnodig verstoren. Dit betekent onder meer dat zij zich discreet moeten opstellen en zeker niet met uw klanten mogen gaan ‘babbelen’.
Personeel aanspreken?
De controlerend ambtenaar mag uw personeel rechtstreeks aanspreken als dat nodig is voor identificatie, of als het gaat om de ‘eigen’ dienstbetrekking van deze werknemer.
Let op.
Als de belastingambtenaar vragen heeft over de bedrijfsvoering, moet hij deze aan u stellen. In een geval waarin de fiscus onaangekondigd en zonder tussenkomst van de ondernemer met een werknemer sprak, werd de info als onrechtmatig verkregen bewijs aangemerkt.
Verslaglegging
Schriftelijk verslag.
Van een WTP moet een verslag worden opgemaakt. De rechter staat toe dat meerdere WTP’s en/of zichtwaarnemingen in één verslag worden opgenomen. Let op. Als u het niet eens bent met de inhoud van het verslag, kunt u het beste meteen (schriftelijk!) reageren. Dit geldt ook, als het verslag wel klopt, maar u meent dat de fiscus zich onredelijk heeft opgesteld.
De Belastingdienst moet vooraf schriftelijk melden dat er een waarneming ter plaatse mogelijk is. Een exacte datum hoeft niet genoemd te worden. Een aankondiging mag niet meer dan één jaar geleden gedaan zijn.
Bron: Tips en Advies
Rittenregistratie bijhouden.
Als u met een sluitende rittenregistratie kunt bewijzen dat u in een kalenderjaar minder dan 500 km privé heeft gereden in uw auto van de zaak (die op uw bedrijf staat), voorkomt u dat u een fiscale inkomensbijtelling privégebruik auto van de zaak krijgt. Per rit moet de volgende informatie worden genoteerd: het nummer van de rit, de datum, de beginstand van de kilometerteller, de eindstand van de kilometerteller, het beginadres, het eindadres, de gereden route indien afwijkend van meest gebruikelijke en of de rit privé of zakelijk was.
Bespaar belasting met een degelijke en sluitende rittenregistratie als u verwacht op jaarbasis minder dan 500 km privé te rijden met uw auto van de zaak. Het is een hele klus, maar het scheelt een flink bedrag!
Bron: Tips en Advies
Als ondernemer koopt u regelmatig goederen en/of diensten in van andere ondernemers. In beginsel brengen zij aan u btw in rekening die u vervolgens aan hen betaalt. Waarom ligt btw-aftrek niet altijd voor de hand? Wat speelt er?
Aftrek inkoop-btw. Uw leverancier reikt aan u een factuur met btw uit voor aan u verrichte prestaties. Als u voldoet aan bepaalde voorwaarden, kunt u deze btw aftrekken. Voorwaarden zijn:
- u beschikt over een factuur van uw leverancier die aan de factuurvereisten voldoet;
- u gaat de gekochte goederen/diensten gebruiken voor uw btw-belaste prestaties;
- u heeft de goederen/diensten écht ontvangen.
Juiste factuur
Factuurvereisten. U moet van uw leverancier een factuur ontvangen die voldoet aan de wettelijke factuurvereisten. Hiertoe is uw leverancier wettelijk verplicht. Let op. U moet dus als ondernemer kritisch uw inkoopfacturen controleren. Zo moet ondermeer het btw-bedrag en het btw-percentage apart staan vermeld op de factuur.
Recent Besluit. De staatssecretaris van Financiën heeft goedgekeurd dat onder strikte voorwaarden ook de btw in aftrek mag worden gebracht als de factuur lichte gebreken bevat (06.12.2014, nr. BLKB 2014-704M) .
Zorgvuldigheid van u vereist!
Btw-belaste prestaties. U moet de gekochte goederen en diensten gebruiken voor uw btw-belaste prestaties. Als de goederen en diensten worden gebruikt voor vrijgestelde prestaties of niet-economische activiteiten, is de btw in beginsel niet aftrekbaar.
Daadwerkelijk ontvangen. De door u aangekochte goederen en/of diensten moet u ook echt hebben ontvangen. Heeft u een goed of dienst niet ontvangen, maar ontvangt u wel een factuur met btw, dan is deze btw voor u niet aftrekbaar. Er is aan u immers geen prestatie verricht.
Fraude. Indien aan alle voorwaarden is voldaan om de btw in aftrek te kunnen brengen, maar er sprake is van fraude en u als afnemer wist daarvan of had dat moeten weten, dan is de aftrek van voorbelasting toch niet toegestaan.
Aankoop als ondernemer
Verder is het van belang dat u de goederen/diensten als ondernemer aanschaft. Koopt u de goederen/diensten aan als particulier en dus niet voor uw bedrijf, dan is de btw niet aftrekbaar.
Uitzonderingen. Wettelijk zijn er een aantal uitzonderingen vastgelegd waarvoor u geen recht heeft op aftrek van voorbelasting. Zo heeft u geen recht op btw-aftrek voor eten en drinken dat u ter plaatse, in een horecazaak, nuttigt.
Let op. Dit geldt eveneens als u bijvoorbeeld klanten of sponsors mee uit eten neemt. Deze btw mag u dus niet in aftrek brengen, ondanks dat het een zakelijk etentje is.
Consumptief. Daarnaast kent de btw-wetgeving een uitzondering voor goederen en diensten die een consumptief karakter hebben. Denkt u dan bijvoorbeeld aan de btw op giften, relatiegeschenken of voorzieningen voor uw personeel. Als de uitgaven hiervoor per jaar meer bedragen dan € 227,- exclusief btw per persoon, mag u de btw niet in aftrek brengen.
Ontvangt u een inkoopfactuur met btw, bekijk dan of de factuur voldoet aan de factuurvereisten, u de
goederen en/of diensten daadwerkelijk heeft ontvangen en u de gekochte prestaties gaat gebruiken
voor btw-belaste prestaties. Pas dan heeft u in beginsel recht op aftrek van voorbelasting.
Bron: Tips en Advies
Als u een nieuwe iPhone of vergelijkbaar speeltje aanschaft, gebruikt u dat ongetwijfeld zowel zakelijk als privé. Hoe zit het dan met de kosten en die van het bijbehorende abonnement? Waar moet u extra op letten?
Gemengd gebruik genoemd.
Bij het gebruik van iPhones, smartphones, tablets, laptops/pc’s, etc., komt enkel zakelijk of alleen privégebruik nauwelijks meer voor. En dus rijst de vraag hoe u de ‘gemengde’ (privé- en zakelijke) kosten fiscaal netjes dient toe te rekenen.
Zakelijk vanaf 10% zakelijk gebruik
Op de zaak zetten. U mag uw aanschaf als bedrijfsmiddel aanmerken, dus de factuur op het bedrijf zetten en de kosten in aftrek op de winst brengen. Dit kan al bij een zakelijk gebruik vanaf 10%. Dit is fiscaal voordeliger dan de aanschaf privé houden. Er zijn geen wettelijke regels die bepalen hoe u het zakelijk deel moet berekenen.
Verdeling reëel inschatten.
Dit betekent dat u een redelijke schatting moet maken van het privé- en zakelijk gebruik. Dat geldt ook voor de abonnementskosten. Het zakelijk gebruik van de telefoon zal meestal nog wel te traceren zijn op basis van de gekozen nummers, maar voor het gebruik van internet is dit nauwelijks te doen. Van belang is dat uw schatting redelijk is. Let op. Tientallen apps met games duiden er nu eenmaal op dat u uw stukje techniek zeker ook privé gebruikt en een schatting van 5% is dan niet erg aannemelijk. Of het werkelijke gebruik echter 40% of 50% is, zal meestal een vraag blijven.
Afschrijven?
Kost uw technisch hoogstandje € 450,- of meer, dan zult u erop moeten afschrijven. In beginsel is dit beperkt tot 20% van de aanschafprijs min de restwaarde. Kunt u echter aannemelijk maken dat de bedrijfswaarde lager is, dan mag u hiervan uitgaan. De bedrijfswaarde is de waarde van uw iPhone voor uw bedrijf. U kunt in principe ook de investeringsaftrek voor kleinschalige investeringen claimen (maximaal 28%), maar dan moet uw aanschaf € 450,- of meer kosten én u moet in het jaar in totaal voor meer dan € 2.300,- investeren. Starters: willekeurig afschrijven?
Starters kunnen willekeurig afschrijven, dus sneller of langzamer dan normaal. U bent starter als u recht heeft op de zelfstandigenaftrek, u in één of meer van de vijf voorafgaande kalenderjaren geen ondernemer was en bij u in die periode niet meer dan twee keer de zelfstandigenaftrek is toegepast. Investeringen in het jaar voorafgaand aan uw start worden toegerekend aan het eerste jaar, als u toen nog geen recht had op zelfstandigenaftrek.
En de btw?
Ook de btw is alleen aftrekbaar voor het zakelijk gebruik. Voor goederen waarop u niet afschrijft, dient u bij aankoop te schatten wat het privégebruik zal zijn. Dit deel van de btw mag u niet aftrekken. Eventueel kunt u aan het einde van het jaar een correctie toepassen als uw schatting niet helemaal klopt.
Afgeschreven?
Op goederen waarover u afschrijft, mag u de btw in eerste instantie geheel aftrekken. Vervolgens moet u vijf jaar lang aan het einde van het jaar een correctie aanbrengen voor het privégebruik. Gebruikt u bijvoorbeeld een pc voor de helft privé, dan moet u vijf jaar lang de helft van de btw terugbetalen over de kosten die aan dat jaar kunnen worden toegerekend. Verandert het privégebruik in de loop der jaren, dan verandert dus ook het btw-deel dat u moet terugbetalen.
Merk goederen die u zakelijk (minimaal 10%) en privé gebruikt aan als ondernemingsvermogen. De kosten en btw zijn dan aftrekbaar. Schat het privégebruik vervolgens zo goed mogelijk in, dat deel is niet aftrekbaar.
Bron: Tips en Advies
Drie opdrachtgevers, toch géén ondernemer
Manusje-van-alles. De belanghebbende (Joop) werkte voor drie bedrijven. Bij bedrijf A hielp hij met het repareren van riolen. Bij bedrijf B hielp hij met laden en lossen van goederen, reed hij op een shovel en voerde hij reparaties uit aan vrachtwagens. Bij bedrijf C werkte hij als monteur aan vrachtwagens en bracht hij deze naar keuringsstations. Er werd gewerkt op projectbasis voor de duur van twee tot vijf dagen.
Loondienst! De belastinginspecteur en ook de belastingrechter vinden dat er géén sprake is van ondernemerschap. Dit ondanks het feit dat Joop zelf kon beslissen of hij een opdracht accepteerde of niet. In de procedure stelt de belastingrechter vast dat er toch sprake is van een ‘dienstbetrekking’, Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 12.12.2014 (RBZWB:2014:7844) .
Dit baseert de rechter vooral op de volgende omstandigheden:
- Als Joop een opdracht aanvaard heeft, kan hij zich niet door een ander laten vervangen
- Joop moet de aanwijzingen van de bedrijven (A, B en C) opvolgen
- Joop moet werken op de tijdstippen die de opdrachtgever vaststelt en op dezelfde wijze als de andere werknemers.
Er moet wel verschil zijn tussen de manier van werken van iemand met een VAR-wuo en die van het eigen personeel van een opdrachtgever.
Bron: Tips en Advies